Monografie - Viollet-le-Duc - Invloedrijk Architect - Neogotiek
Paperback met lichte gebruikssporen, algeheel in zeer goede, gave staat, zonder inschrijvingen.
LET OP: ENGELSTALIG
- 96 blz.
- 1980
- Academy Editions
- Engels
De Franse architect Eugène Emmanuel Viollet-le-Duc (1814-1879) is tegenwoordig weer bekend dankzij een ramp. De beelden van het vuur dat op 15 april 2019 de Nôtre-Dame verwoestte, met als meest dramatische moment de instorting van zijn fameuze flèche, de houten vieringtoren van de kathedraal, gingen de hele wereld over. De gotische kathedraal van Parijs stamt uit de Middeleeuwen, maar onderging van 1844 tot 1864 onder leiding van Viollet-le-Duc een grondige metamorfose. De echt gotische voorganger van zijn spitse vieringtoren zag er aanmerkelijk minder ‘gotisch’ uit dan het gevaarte dat door hem werd opgetrokken.
De Nôtre-Dame was niet de enige vervallen middeleeuwse kathedraal die Viollet-le-Duc onder handen nam en ‘perfectioneerde’. Hij maakte gebouwen die in de loop der eeuwen in zeer verschillende bouwstijlen waren opgetrokken, alsnog kunstmatig tot een stilistische eenheid. Toevoegingen uit de Renaissance of Barok werden als esthetisch detonerend verwijderd en door historisch vaak bedenkelijke, maar ‘authentiek middeleeuws’ ogende toevoegingen vervangen. Opvallend is dat net als bij de flèche van de Nôtre-Dame zijn nieuwe gotische torens nóg spitser werden dan de gotische toch al waren geweest. De neogotiek, waarvan Viollet-le-Duc als restauratiearchitect een van de belangrijkste Franse vertegenwoordigers was, wilde in dat opzicht de echte gotiek overtreffen.
Aan het eind van zijn leven kon Viollet-le-Duc op een zeer vruchtbare loopbaan terugblikken, maar wel een die met veel angels en voetklemmen was bezaaid. Zijn carrière werd gekenmerkt door grote tegenstrijdigheden. Hij streed zijn hele leven tegen de Franse kunstacademie om daar uiteindelijk toch tijdelijk in dienst te treden. Hij was een overtuigd republikein die vooral voor monarchen werkzaam was. Hoewel hij overtuigd atheïst was, bestond zijn orderportefeuille vooral uit kerkelijke opdrachten. En hoewel hij een vurig Franse patriot was, liet hij zich als het zo uitkwam ook inhuren door de Duitse erfvijand.